donderdag 15 september 2011

Waarin onze jonge avonturiers boodschappen gaan doen en na moeten denken over serieuze zaken

Het regent, Niet geheel in de planning wanneer je naar zonnig Italië vliegt, maar hier hard nodig en morgen is het weer voorbij. Terwijl het onweer me om de oren vliegt moet ik vrees ik een serieus onderwerp aansnijden.


Natuurlijk is een vakantie bedoeld om uit te rusten, te onthaasten en om energie te tanken, maar wanneer je richting Italië gaat is er natuurlijk ook het harde werken waar je rekening mee moet houden…elke dag weer als een soort Sisyfusarbeid komen er die moeilijke momenten. Die uiterst serieuze zaak waar je niet te licht mee mag omspringen. Er moet GEGETEN worden.

Allereest is daar het ontbijt, de Colazione. Meestal bestaat dit uit weinig, zoet, zoeter en zoetst en natuurlijk uit espresso, ristretto, cappuccino (capuchonnetje) of, een volledige afrader, een Americano.

Nu wordt het lastig. De Pranzo (bij ons thuis ook wel schranzo genoemd) komt er aan, de Lunch. Waar we het in Nederland doen met twee bruine bammetjes kaas of kroket, een glaasje melk of karnemelk en misschien een gewaagde koffie of thee na ligt dat net even wat anders in dit Paese de Mierde (met dank aan de heer Berlusconi). Er moet een antipasta komen, een primo, een secundo, een postre (dolce) en natuurlijk wordt er geen karnemelk bij gedronken. Dat je daarna weer verder kan met het dagelijks leven is min of meer uitgesloten. Natuurlijk kàn je gaan slapen, maar de Puriteinsch Nederlandsche instelling moet daar toch echt even over nadenken. Vlei je je dan tenslotte toch in Morpheus’ armen en schrik je om vijf uur ’s middags wakker is daar de volgende uitdaging….Het Avondeten.

Enfin, de oplettende lezertjes zullen het wel begrijpen, eten is een serieuze zaak…maar wat is het heerlijk om hier, bij mijn ouders, bezig te zijn met eten.

Het begint ’s ochtends vroeg; mijn ouders wonen boven op een berg, ergens in de Bloody Middle of Nowhere –second tree to the left – follow the rabbits…, dus aangezien het dichtstbijzijnde dorp op 20 minuten autorijd-afstand ligt wat leuk is wanneer je koffie wil halen bij de lokale kroeg maar waarbij je toch echt nog meer de berg af moet voor een heusche winkel ga je niet al te luchtig om met je boodschappenlijstje.

Fruit haal je bij Rosa-Angela, niet alleen heeft zij het beste fruit en de beste groente, maar er zit een heel levensverhaal achter dat onlosmakelijk verbonden is met pruimen of kersen of andere gezonde zaken. Als je daar toch bent kan je meteen even naar die-of-die die iets verkoopt dat volstrekt onlogisch klinkt maar je weet het maar niet! En of we de groetjes willen doen aan die en met die gaat het niet zo goed, maar wat wil je ook, en waren de pruimen vorige keer goed? En Ciao, tot gauw.

Kaas, Mazzatosta, wie anders. De zussen staan in de zaak (‘kijk Hans, het nieuwbouwhuis is bijna klaar, van wie is die auto, is dat Anna? Die moet ik nog even….oh nee het is Giorgio…buon giorno’) waar je eerst zeker 10 minuten bezig bent om te vertellen dat het inderdaad goed met je gaat, dat ‘ja’, dit mijn nieuwe lief is, dat ik inderdaad blij ben dat de zon schijnt, dat mijn ouders geweldig zijn, ik inderdaad de ogen van mijn moeder heb (NOT!) en tuurlijk heb ik genoten van weet-ik-het en de rest, de volgende 10 minuten zijn voor mijn ouders (dat gaat soms wel iets te snel voor mijn Italiaans) en dan gaan we over tot de orde van de dag. Welke kaas willen we?! Heerlijke gemengde kaas (schaap en rund) of alleen maar schaap, doen we wel of niet een truffelkaas, moet ‘ie hard of zacht zijn, is er eigenlijk grottenkaas….? En ja hoor, er is grottenkaas. Grottenkaas duurt weer tien minuten. Niet omdat het lastige kaas is maar hij komt met een recept. Korte pasta, het liefst penne en dan dat erbij en een beetje van dit en een beetje van dat en dan dat maar geen zooi en zeker niet dat….. Dat je zegt het op je brood of zomaar te willen eten wordt niet eens gehoord. Brood met kaas? Sorry, dit is Grottenkaas en dat is lekker en we dulden dus geen tegenspraak (de andere zus heeft zich ondertussen in het gesprek gemengd, evenals één van de kaasmakers die ondertussen in de kazerij bezig was maar kennelijk de discussie interessanter vond en toch ook even’ Gans e signora Andrea’ (mijn moeder heeft hier een jongensnaam) gedag moest zeggen en hun dochter moest zien want de moeder van Bobbie en Puck en Pepijn en die zijn blond en zo…..

Dan moet er getankt worden, de coöp. wordt bezocht alwaar de slager toch zeker weer 10 minuten kost want worstjes en kalkoen en wil je wel of niet dat en hoe ga je het klaarmaken en weet je wel zeker dat je dit of dat wil want als je dat gaat eten kan je misschien beter…of toch misschien niet want…..en doe de groetjes aan die en is dit je dochter (Auguri – gefeliciteerd) en fijn en of het in Nederland ook zo koud is (????!) en ik heb nog wat lekkers en nog meer feest. De kassajuffrouw wordt ondervraagd over (klein)kinderen, de buuv wordt gespot, die-of-die moet nog even worden bijgepraat en dan kunnen we naar Paula voor kattenvoer (ook voor uw tuinkabouters en sokken).

Vervolgens volgt de Coöperativa. Daar kopen wij wijn. Iedere dorpsgenoot met fruit, groente, druiven, olijven of wat dan ook levert daar zijn handel in. Toen we aan kwamen rijden moesten we wachten op het “Aapje” voor ons. Volgeladen met rode druiven. Achter ons een tractor met witte druiven. Het is een droog jaar geweest. Normaliter wordt er pas in oktober geoogst maar dit jaar is september al oogstmaand. Wij staan ondertussen de wijnen van vorig jaar te proeven. De besten (à 2 euri 30) gebotteld en de anderen getankt vanuit de niet meer zo ouderwetse tanks als vroeger (voor de ouwetjes onder ons….vroegah had je pompen waarbij de mededeling was dat het kijkglas vol moest zijn sans luchtbellen…die dus). Ondertussen wordt het sapgehalte en het mogelijke alcoholgehalte van de net binnengebrachte druiven gemeten, vliegen de wespen rijkelijk (blij met de anti-prikdingen-medicatie), zien we wat er allemaal bij komt kijken en kopen we heerlijke wijn voor een drol…..(niet letterlijk. Hierover later meer). In de tussentijd koop ik de ingrediënten van van alles en nog wat zodat we heerlijk kunnen gaan piekenieken op de Monte Subasio. Daarover meer in de volgende aflevering van onze jonge avonturiers.

Op de terugweg gaan we naar Pepe in Bettona. We drinken daar een espresso. ‘Ciao Giorgio, kijk Hans daar rijdt Filippo, vraag jij even naar die bekers, ah, Adriana come vai, en waar koop je nu het beste hout en ja graag nog een espresootje, nee dank je geen Limoncello, Hans, vraag even aan weet-ik-hoedie-heet of dinges nog in orde is gekomen?’ En uiteraard stond ondergetekende later het exacte recept van de dames Mazzatosta te maken en ze hadden gelijk....yummie

Geen opmerkingen:

Een reactie posten